Posterpresentatie ESPEN 2016

Praktijkonderzoeker Margot de Regt mocht haar poster presenteren op het Espen Congress 2016 in Kopenhagen. Lees hier haar indruk en ervaringen op het congres.

Afgelopen weekend was ik op het ESPEN Congress 2016 in Kopenhagen. Een groot Europees voedingscongres met een overvloed aan inspirerende lezingen over uiteenlopende voedingsonderwerpen. Ik keek vooral uit naar de sessie over perioperatieve voeding. De eerste spreker (A. Weimann) legde de nadruk op de mogelijkheden voor interventies in het preoperatieve traject, waarbij gelukkig ook aandacht werd besteed aan het belang van de combinatie voeding en beweging. Iets wat natuurlijk perfect aansluit bij mijn eigen promotietraject over dit onderwerp. Een ander hoogtepunt was de lezing van L. van Loon img_6081 waarin hij laat zien dat er 1,5 kg spierverlies optreedt na 1 week bedrust. Ook hij legt vervolgens de nadruk  op de combinatie van beweging en eiwitten om spierverlies tegen te gaan. Op twitter werd veel aandacht besteed aan de lezing van A. Beck over de uitkomsten van het onderzoek dat ouderen met een lege koelkast na ziekenhuisopname vaker werden heropgenomen dan ouderen met een volle koelkast. Ook inspirerend was de Sir David Cuthbertson Lecture waar G. van den Berghe uit België een heel mooie en enthousiasmerende lezing gaf over haar wetenschappelijke carrière en de onderzoekslijn. De sessie over de voor- en nadelen van RCTs in een klinische setting bracht ook veel stof tot nadenken (T. Hoogeboom), zijn RCT’s wel altijd de beste methode?

img_6073

Naast de vele inspirerende praatjes, mocht ik ook zelf een poster presenteren vanuit het Eat2Move project. Erg leuk om van verschillende internationale wetenschappers reacties en vragen te krijgen tijdens de posterpresentatie. We onderzochten de gebruikelijke eiwitinname van fysiek actieve ouderen binnen het Vierdaagse Onderzoek. Uit dit onderzoek blijkt dat slechts 35% van deze actieve ouderen de aanbevolen inname van 1.2 g eiwit per kg lichaamsgewicht per dag haalt. Samen met de informatie over de belangrijkste eiwitbronnen (vlees, brood, melk en kaas), kunnen deze resultaten ingezet worden bij het ontwikkelen van strategieën om de eiwitinname van (actieve) ouderen te optimaliseren.